Het landschap als Rolodex

jhon van veelen, werkconferentie provincie Limburg juli 2004

 

Dinsdag 8 juni 2004, venus schuift langzaam voor de zon. Een gebeurtenis die slechts eens per 112 jaar plaats vindt, geen enkel op dit moment levend persoon heeft dit meegemaakt. Heel bijzonder maar ook heel gewoon. Het is uniek voor ons, de levenden maar het is ook heel gewoon, immers het heeft zich al ontelbare malen voorgedaan. Ik hoor op de radio dat bij de laatste keer dat dit plaats vond er nog allerlei, belangwekkende metingen zijn gedaan met betrekking tot de afmetingen van de hemellichamen en de onderlinge afstand. Dat hoeft nu niet meer, de technieken zijn verbeterd en de gegevens zijn bekend.

Die dag realiseer ik me dat het begrip tijd een even onduidelijke als belangrijke dimensie van onze levensomgeving is. Met het kijken naar de eclips en daarmee naar het heelal besefte ik weer dat het kijken naar het heelal zowel kijken naar de toekomst als kijken naar het verleden is.
Immers het proces van “de venus-overgang” duurde enkele uren en bij aanvang ervan weten we allemaal, zonder enige serieuze twijfel dat we het einde ervan, een moment dat in de toekomst ligt zullen meemaken. Als we naar de zon kijken weten we dat het licht er 8 minuten en 18 seconden over heeft gedaan om ons te bereiken. Het licht van de dichtstbij staande ster heeft er lichtjaren voor nodig.
Met andere woorden kijkend naar het heelal, kijken we naar het verleden. Zonder nu in een discussie te geraken over de betekenis van het begrip tijd, laat staan over het wel of niet bestaan ervan, durf ik de stelling wel aan dat verleden en heden heel dicht bij elkaar liggen en dat “tijd” een heel wezenlijke element is voor de beleving van onze leefomgeving.
Kijkend naar het landschap, naar onze leefomgeving, of het nu in het reliëfrijke historisch landschap van Limburg is, in het jonge, recent drooggelegde landschap van Flevoland, op het Vrijthof in Maastricht, of in de Blauwe Stad, heb ik vergelijkbare gedachten.
Je ervaart op allerlei manieren dat het landschap een geschiedenis heeft, een groeiproces van vele eeuwen heeft doorgemaakt waarvan je de tastbare resultaten herkend. Maar je ziet ook dat het zich blijft ontwikkelen en dat er kansen en bedreigingen liggen voor de ontwikkelende maatschappij.

Kijkend naar het landschap heb je een blik naar het verleden én naar de toekomst.

Het beeld, dat we het landschap kunnen beschouwen als een boek, een roman is niet nieuw. Een landschap met kwaliteit is als een verhaal dat gelezen kan worden door de bewoners en de bezoekers. Een verhaal met even spannende als verrassende wendingen, een verhaal dat de lezer iets verteld over zijn eigen plaats binnen de fysieke omgeving, over zijn relatie met de natuur, maar zeker ook over zijn plaats binnen de sociaal-culturele context en de achterliggende ontwikkelingen.De kwaliteit van dat verhaal bestaat bij de gratie van een sterke interne samenhang, een sterke verhaal-lijn en tot de verbeelding sprekende passage. Beelden die niet altijd direct herkend worden, maar bij herlezen vaak pas duidelijk worden.

De kwaliteit van het landschap zit in de soms herkenbare en soms verborgen samenhangen. Samenhangen die vaak zijn ontstaan door zeer geleidelijke processen, zoals bij bewegingen van de aardkorst, het inslijten van een rivier of het meanderen van een beek. Samenhangen ontstaan door wisselwerking tussen dode en levende natuur en samenhangen die ontstaan door de, relatief snelle maatschappelijke processen.
De vergelijking van het landschap met een roman is me iets te beperkt. Liever stel ik mij het landschap voor als een rolodex, een verzameling adresgegevens, een neerslag van mijn netwerk van vrienden en relaties, vol belangrijke gegevens, duidelijke ordening tussen de kaarten en binnen de kaarten, maar zonder begin of eind. Waar je ook begint de ordening, de interne samenhang is bruikbaar en herkenbaar, of je nu links of rechtsom draait je komt waar je wilt zijn. De rolodex is een belangrijk schakel tussen mij en mijn netwerk, tussen mij en mijn sociale achtergrond.

 

Rolodex

Het landschap moet zijn als een rolodex:
Een complex, maar uniek stelsel van samenhangen in ruimte en tijd, samen bepalend voor de kwaliteit ervan op dit moment en op deze plek, niet op zichzelf maar als onderdeel van een groter geheel. De kwaliteit van het landschap is niet eenduidig, het is onze (de huidige gebruikers) perceptie vanuit onze beeld op het verleden en met onze verwachtingen van de toekomst. Het historisch perspectief (inclusief de zichtbaarheid van mogelijkheden voor de toekomst) is een centrale kwaliteit die de basis is voor de eigenheid van een streek en het gevoel van “thuis zijn” van haar bewoners. De ruimtelijke samenhangen in het landschap hebben, als het ware een verticale en een horizontake dimensie. Elke plek ligt ingebed in zijn omgeving, de patronen van wegen en waterlopen verankeren de plek in het landschap. De eigenschappen van een plek worden opgebouwd uit een aantal lagen die onderlinge verbanden hebben gevormd en die elke plek uniek maakt. Deze samenhangen beperken zich niet tot een bepaald schaalniveau maar bewegen zich er juist doorheen. De samenhangen verbreken betekent dat de continuiteit in ruimte en tijd wordt verbroken, er wordt een bladzijde uit het boek geschuurd, een passage uit de roman verdwijnt. De samenhangen verbreken is alsof er een visitekaartje uit de rolodex wordt gescheurd; een schakel met de maatschappelijke omgeving wordt weg gehaald en een link naar het verleden verdwijnt.

Sturen op kwaliteit is sturen op samenhangen. Het bepalen van gevolgen van nieuwe elementen in het landschap is het bepalen van de veranderingen in die samenhangen.

begin document